Meesters van De Halm > Blog > Waarom is biologische landbouw goed voor de biodiversiteit? Waarom is biologische landbouw goed voor de biodiversiteit? Yes! Het aantal biologische land-en tuinbouwbedrijven is in 2020 in Nederland de 2000 gepasseerd. Dit werd bekend gemaakt door Skal Biocontrole, het keurmerk dat onafhankelijk toezicht houdt op alle biologische organisaties in Nederland. Maar waarom zijn we eigenlijk zo blij met de groei van het aandeel bio bedrijven in ons land? Waarom is het nou precies duurzamer dan reguliere landbouw? Wat is biologisch precies? Biologische producten zijn producten die worden verbouwd zonder dat er gebruik is gemaakt van kunstmest en chemische bestrijdingsmiddelen. Ook worden er in de biologische landbouw geen genetisch gemodificeerde organismen gebruikt. De biologische boeren en telers kiezen er heel bewust voor om de natuur zoveel mogelijk zijn werk te laten doen, en daarom dus ook zo min mogelijk in te grijpen op welke manier dan ook. Waar een boer in een gangbaar bedrijf kunstmest en chemische bestrijdingsmiddelen gebruikt, zal de bioboer een alternatief moeten verzinnen om zijn gewas vrij te houden van ziekten en plagen en zo optimaal mogelijk te laten groeien. De reden om niet voor de makkelijke weg te kiezen gaat meestal samen met een grote, vaak persoonlijke, waarde van de boer om goed te zorgen voor de aarde zodat er een gezonde bodem overblijft voor komende generaties om op te telen en van te eten. De praktijk Een prachtig idee, maar hoe zorgen deze wereldverbeteraars ervoor dat de sla niet voor hun neus wordt kaalgevreten door sluwe slakken, of dat duizenden luizen-kindertjes de sappige bladeren van de boerenkoolplant bezetten en opeten? En hoe kan een gewas nog iets opleveren als je hem zonder kunstmest zijn eigen groeitempo laat bepalen? Het antwoord is een heel andere manier van aanpak, die begint bij observatie. Een plaag is in de natuur een gevolg van het systeem dat uit balans is. Heeft een boer last van een plaag dan zal er in of rondom de akker ook een disbalans zijn. De kunst is om continu de balans proberen te behouden. Wat je nodig hebt voor een goede balans is een circulair systeem van samenwerking. De boer brengt organisch materiaal (compost) aan op zijn land. Hierdoor wordt de bodem gevoed, waardoor dan ook de planten. Het perspectief is dus in plaats van ‘nemen’ eerder ‘geven’. Een belangrijk natuurlijk middel voor een succesvolle oogst in biologische landbouw is het toepassen van teeltwisseling, ook wel vruchtwisseling genoemd. Hierbij maakt de teler gebruik van een rotatiesysteem waarbij gewassen ieder jaar doorschuiven naar een ander teeltbed. Hierdoor komen gewassen uit eenzelfde familie een aantal jaar (meestal 5 jaar) niet meer op dezelfde plek. Zo voorkomen de biologische boeren een hoop problemen doordat schimmelziekten, eenmaal in de grond, daar soms jarenlang blijven zitten en door vruchtwisseling geen kans meer hebben. Naast het voorkomen van deze problemen kan de techniek zelfs een positieve werking hebben op de groei van de geteelde gewassen. Dit is bijvoorbeeld het geval wanneer er een gewas wordt geteeld op de plek waar het jaar ervoor een soort uit de familie van de Vlinderbloemigen (waaronder peulgewassen) heeft gestaan. Vlinderbloemigen hebben namelijk de wonderbaarlijke eigenschap stikstof te binden in de grond, en laat dat nou een belangrijke voedingsstof zijn voor planten! Zo’n gewas als Vlinderbloemigen dat de bodem als het ware voedt, wordt een groenbemester genoemd, iets waar een biologische teler dankbaar gebruik van maakt. Andere voorbeelden van groenbemesters zijn rode klaver, phacelia, winterrogge en gele mosterd. Zij hebben allen een gunstig effect op de bodem. En laat de bodem nu precies hét allerbelangrijkste zijn in de biologische landbouw. Een gezonde bodem Door het toepassen van vruchtwisseling, het inzetten van groenbemesters en het niet gebruiken van gif, blijven gewassen vitaal en de bodem gezond. Een gezonde bodem is belangrijk, zelfs onmisbaar, voor ons leven! Hoe dit werkt? Kleine (micro)organismen in de aarde hebben allemaal een functie en vormen een samenhang bij de afbraak van organisch materiaal en daaropvolgend het beschikbaar maken van voedingsstoffen voor planten. Een gezonde bodem kan zelfs veel meer (regen)water opnemen en vasthouden. Dat is geen onbelangrijke factor met oog op de klimaatverandering. De bodem is weerbaarder wanneer er meer zware regenval of droge perioden zullen zijn. Weetje: een kwart van de ongeveer 4 miljoen soorten (dieren en planten) die bestaan op deze planeet leeft onder de grond! Biologische landbouw en biodiversiteit Het aantal plant- en diersoorten dat op aarde leeft heet het soortenrijkdom. Vaak wordt dit ook wel biodiversiteit genoemd. Nu je weet dat het uitgangspunt van een biologische boer is om natuurvriendelijk te telen, en hoe hij/zij dit waarmaakt, is het niet moeilijk te kunnen concluderen dat dit de biodiversiteit zelfs kan stimuleren. Wist je dat onderzoek uitwijst dat er zo’n 30% meer biodiversiteit te vinden is op een biologisch erf dan dat van een gangbaar bedrijf ? (Bron: allesoverbio.be) Naast de ondergrondse bevolking, wordt er binnen de biologische landbouw ook goed gezorgd voor de bestuivers boven de grond. Zij zijn namelijk onmisbaar in een gezond ecosysteem. Dit wordt bijvoorbeeld gedaan door de aanleg van bloembermen langs akkerranden. Niet voor niets zal de keuze voor biologisch je een goed gevoel bezorgen, er zijn namelijk ontelbaar veel beestjes je eeuwig dankbaar!
Yes! Het aantal biologische land-en tuinbouwbedrijven is in 2020 in Nederland de 2000 gepasseerd. Dit werd bekend gemaakt door Skal Biocontrole, het keurmerk dat onafhankelijk toezicht houdt op alle biologische organisaties in Nederland. Maar waarom zijn we eigenlijk zo blij met de groei van het aandeel bio bedrijven in ons land? Waarom is het nou precies duurzamer dan reguliere landbouw? Wat is biologisch precies? Biologische producten zijn producten die worden verbouwd zonder dat er gebruik is gemaakt van kunstmest en chemische bestrijdingsmiddelen. Ook worden er in de biologische landbouw geen genetisch gemodificeerde organismen gebruikt. De biologische boeren en telers kiezen er heel bewust voor om de natuur zoveel mogelijk zijn werk te laten doen, en daarom dus ook zo min mogelijk in te grijpen op welke manier dan ook. Waar een boer in een gangbaar bedrijf kunstmest en chemische bestrijdingsmiddelen gebruikt, zal de bioboer een alternatief moeten verzinnen om zijn gewas vrij te houden van ziekten en plagen en zo optimaal mogelijk te laten groeien. De reden om niet voor de makkelijke weg te kiezen gaat meestal samen met een grote, vaak persoonlijke, waarde van de boer om goed te zorgen voor de aarde zodat er een gezonde bodem overblijft voor komende generaties om op te telen en van te eten. De praktijk Een prachtig idee, maar hoe zorgen deze wereldverbeteraars ervoor dat de sla niet voor hun neus wordt kaalgevreten door sluwe slakken, of dat duizenden luizen-kindertjes de sappige bladeren van de boerenkoolplant bezetten en opeten? En hoe kan een gewas nog iets opleveren als je hem zonder kunstmest zijn eigen groeitempo laat bepalen? Het antwoord is een heel andere manier van aanpak, die begint bij observatie. Een plaag is in de natuur een gevolg van het systeem dat uit balans is. Heeft een boer last van een plaag dan zal er in of rondom de akker ook een disbalans zijn. De kunst is om continu de balans proberen te behouden. Wat je nodig hebt voor een goede balans is een circulair systeem van samenwerking. De boer brengt organisch materiaal (compost) aan op zijn land. Hierdoor wordt de bodem gevoed, waardoor dan ook de planten. Het perspectief is dus in plaats van ‘nemen’ eerder ‘geven’. Een belangrijk natuurlijk middel voor een succesvolle oogst in biologische landbouw is het toepassen van teeltwisseling, ook wel vruchtwisseling genoemd. Hierbij maakt de teler gebruik van een rotatiesysteem waarbij gewassen ieder jaar doorschuiven naar een ander teeltbed. Hierdoor komen gewassen uit eenzelfde familie een aantal jaar (meestal 5 jaar) niet meer op dezelfde plek. Zo voorkomen de biologische boeren een hoop problemen doordat schimmelziekten, eenmaal in de grond, daar soms jarenlang blijven zitten en door vruchtwisseling geen kans meer hebben. Naast het voorkomen van deze problemen kan de techniek zelfs een positieve werking hebben op de groei van de geteelde gewassen. Dit is bijvoorbeeld het geval wanneer er een gewas wordt geteeld op de plek waar het jaar ervoor een soort uit de familie van de Vlinderbloemigen (waaronder peulgewassen) heeft gestaan. Vlinderbloemigen hebben namelijk de wonderbaarlijke eigenschap stikstof te binden in de grond, en laat dat nou een belangrijke voedingsstof zijn voor planten! Zo’n gewas als Vlinderbloemigen dat de bodem als het ware voedt, wordt een groenbemester genoemd, iets waar een biologische teler dankbaar gebruik van maakt. Andere voorbeelden van groenbemesters zijn rode klaver, phacelia, winterrogge en gele mosterd. Zij hebben allen een gunstig effect op de bodem. En laat de bodem nu precies hét allerbelangrijkste zijn in de biologische landbouw. Een gezonde bodem Door het toepassen van vruchtwisseling, het inzetten van groenbemesters en het niet gebruiken van gif, blijven gewassen vitaal en de bodem gezond. Een gezonde bodem is belangrijk, zelfs onmisbaar, voor ons leven! Hoe dit werkt? Kleine (micro)organismen in de aarde hebben allemaal een functie en vormen een samenhang bij de afbraak van organisch materiaal en daaropvolgend het beschikbaar maken van voedingsstoffen voor planten. Een gezonde bodem kan zelfs veel meer (regen)water opnemen en vasthouden. Dat is geen onbelangrijke factor met oog op de klimaatverandering. De bodem is weerbaarder wanneer er meer zware regenval of droge perioden zullen zijn. Weetje: een kwart van de ongeveer 4 miljoen soorten (dieren en planten) die bestaan op deze planeet leeft onder de grond! Biologische landbouw en biodiversiteit Het aantal plant- en diersoorten dat op aarde leeft heet het soortenrijkdom. Vaak wordt dit ook wel biodiversiteit genoemd. Nu je weet dat het uitgangspunt van een biologische boer is om natuurvriendelijk te telen, en hoe hij/zij dit waarmaakt, is het niet moeilijk te kunnen concluderen dat dit de biodiversiteit zelfs kan stimuleren. Wist je dat onderzoek uitwijst dat er zo’n 30% meer biodiversiteit te vinden is op een biologisch erf dan dat van een gangbaar bedrijf ? (Bron: allesoverbio.be) Naast de ondergrondse bevolking, wordt er binnen de biologische landbouw ook goed gezorgd voor de bestuivers boven de grond. Zij zijn namelijk onmisbaar in een gezond ecosysteem. Dit wordt bijvoorbeeld gedaan door de aanleg van bloembermen langs akkerranden. Niet voor niets zal de keuze voor biologisch je een goed gevoel bezorgen, er zijn namelijk ontelbaar veel beestjes je eeuwig dankbaar!